Wit begint en wint
Geplaatst 28 februari 2016
Halverwege de avond bezigde Wilco Lindhout de uitdrukking “wit begint en wint”. Want dat was immers vroeger een ijzeren wet bij het damspel volgens hem. Helaas voor Lindhout had hij de zwarte stukken en deed Joost van Eenennaam het gezegde van Lindhout maar wat graag eer aan. In het middenspel haf hij het voordeel van het loperpaar en won in het eindspel een stuk, doordat de mat van Lindhout geen mat was. Onbewust een vervulling van zijn eigen uitspraak?
Eerder had Rick van de Breevaart met de witte stukken de kracht van het loperpaar - in notabene een gesloten stelling - laten zien aan Hans Smits. Gesteund door de witte dame op c2 en de loper op h7 volgde mat door de loper op f6 (ondersteund door de pion op e5). De zwarte koning op g7 zag zich door deze witte stukken de velden ontnomen op f6, g6, h7, g8 en h8. De andere vluchtvelden op f8, f7 en h6 waren al ingenomen door zijn eigen bondgenoten, wetende een zwarte toren, pion en paard. Bondgenoten, die letterlijke sta-in-de-wegs waren en daarmee als een soort vijand konden worden bestempeld: een vijand die je goed gezind is lijkt al op een vriend. De rest van het bord stond overigens nog vol met stukken, maar die stonden er van beide kanten bij en keken ernaar.
De derde partij waarin de leus van Lindhout stand hield was die tussen Sebastiaan Koedoot en Johnny van den Berge. Vroeg in de partij nam Koedoot een vergiftigde pion, die dat niet bleek te zijn (ook niet met de hindsight van WFH). Als compensatie voor de pion achterstand probeerde van de Berge een aanval op te zetten op de koningsvleugel. Deze kwam echter nooit van de grond, omdat Koedoot via het harmonieuze samenspel van zijn paarden de zwarte dame en toren opjaagde en hiermee nog een pion kon winnen. Deze twee vrijpionnen op de damevleugel zouden ongetwijfeld het pleit beslechten, ware het niet dat Koedoot het eerste verlies van van den Berge dit seizoen bespoedigde door een paardenvork te geven op de zwarte koning en dame.
De laatste partij waarbij Lindhout “told you so” had kunnen zeggen, zegevierde dus ook de witte koning. Dit na een spannend verloop. Jan de Graaf en Raymond Leemreijze maakte er een complex dynamisch potje van: kwaliteit voor Leemreijze, maar zijn koning meer op de tocht (en nog een pionnetje verschil ofzo?). In het woud van voortzettingen kon Leemreijze het juiste pad niet vinden en ging ten onder. Niet zo curieus was dat de Graaf in redelijke tijdnood zat, maar wel opmerkelijk was het feit dat Leemreijze nog minder bedenktijd had.
Zoals Lindhout al voorspelde geschiedde. Wit begint en wint: niet alleen vroeger toen hij damde (en gezelschapspelletjes nog niet waren overgenomen door commodores, 286 desktops laptops, i-phones en tablets), maar ook in het heden. Wit begon en won, en dat bij vier borden: vier op een rij. Ook zo een oud gezelschapsspelletje! (in kleine kring). Overigens zijn bij dat spel ook speeltechnieken en strategieën. Wellicht eens iets om weer van zolder te halen (of op de tablet te spelen J )?