Rollen omgedraaid
Geplaatst 03 februari 2017
Van de uiteindelijk vredelievende uitslagen van vorige week in de interne competitie was deze avond weinig meer over. Sterker nog, de rollen waren omgedraaid. Daar waar er vorige week slechts één partij met een winnaar viel te noteren, was er deze week slechts één partij die geen verliezer kende.
Laten we dan maar beginnen met degene die vorige week de ongelukkige verliezer was door een stikmat over het hoofd te zien. Wilco Lindhout dacht deze avond na een paar zetten in een nachtmerrie te zijn beland. Onder het mompelen van “nee heh, niet weer!” moest hij lijdzaam toezien hoe Hans Smits met zijn paard de zwarte dame van het bord nam. Gedurende de partij werden de rollen omgedraaid. Lindhout kreeg nog meer compensatie door naast het eerdere paard een loper te verkrijgen. Smits deed het daarna niet helemaal goed en bleek uiteindelijk met lege handen achter. En wat zeg je dan? Typisch een gevalletje Bredero weer.
Andries de Meyer was niet tevreden over zijn opening. Misschien dat hij daarom de stijl van zijn tegenstander Raymond Leemreijze kopieerde door te vergeten om de klok in te drukken. Of dit psychologisch trucje ten oorsprong lag aan het cadeau krijgen van een stuk is niet duidelijk, maar dat gebeurde wel. Je moet een (letterlijk?) gegeven paard niet in de bek kijken en dat deed de Meyer ook niet. Dankbaar voerde hij de partij naar winst.
De partij tussen onze beide jeugd(ige) spelers kende uiteindelijk ook een winnaar. Juan de Graaf speelde een goede partij en leek de beste papieren te hebben. Dit kwam tot uiting in ruimteoverwicht alsmede druk op de pion f7. Gevoelsmatig, maar zonder concreet plan offerde hij een stuk voor de 2 pionnen e6 en f7. Joost van Eenennaam was verplicht om zijn koning naar h7 te spelen, waar hij voor het oog goed beschermd stond door de loper op g7 en de pionnen op h6 en g6. De Graaf wist zijn gevoel niet in daden uit te drukken en dan telt het stuk in een middenspel toch zwaarder dan de twee pionnen. Dat bewees van Eenennaam ook keurig en ondanks wellicht niet tevreden over zijn spel, toch mooi het punt. In de nazit bleek overigens het gevoel van de Graaf juist te zijn. Via dame f7 zou de loper op b7 aangevallen staan, welke dan gedekt moest worden of weggespeeld. Daarna zou de Graaf met paard naar f6 schaak kunnen geven. Daar de loper op g7 gepend zou staan moest de koning dan naar h8, waarna de pion op g6 ook zou vallen en mogelijk nog stukwinst zou volgen.
In de nazit bij Sebastiaan Koedoot en Rick van de Breevaart leek remise inderdaad de terechte uitslag. Bij het naspelen van de partij kwamen er enkele leuke combinaties en mogelijkheden op het bord, maar beide partijen leken in alle situaties een passend antwoord te hebben. De slotstelling met een kleine +0,3 bevestigde dat idee. Zo ver het positieve van het naspelen met het siliconen monster: bevestiging van de inzichten van beide spelers. Waarom Carlsen toch gelijk heeft om dit vooral niet te doen? WFH kwam met een droge +1,7 in het vroege middenspel. In de analyse kwam wel de mogelijkheid op het bord, maar de mogelijkheid werd zelfs tijdens het bespreken van de potentiële varianten niet benut. Daar staan beide heren dan één en twee voor in de interne competitie ;-)