Reeks Denk en Zet A weer in balans
Geplaatst 21 maart 2016
Elk nadeel heeft zijn voordeel. De degradatie van vorig seizoen uit de eerste klasse naar de tweede klasse heeft meerdere voordelen. Een van die voordelen is om dit seizoen weer uit te mogen spelen in Vlissingen. Naast de altijd hartelijke begroeting door, gastvrijheid van en goede omgang met de teamleider van Vlissingen Gerard de Pree, welke een gezonde dosis humor heeft, is er de fascinatie voor de locatie, woonzorgcentrum Ter Reede.  Bovenstaande is oprecht gemeend, onderstaande is geschreven met de gebruikelijke knipoog: gelieve bij het lezen de vele korreltjes zout er bij te nemen.

Ter Reede. De plaats waar de bomen nog steeds letterlijk tot de hemel lijken te reiken in het kolossale Atrium. De ‘gastvrijheid’ van de locatie spat er al vanaf bij de poging tot binnenkomst. Dit binnenkomen kan een uitdaging zijn. Zoals wel met meer locaties is er sprake van een dubbele automatische schuifdeur, waarbij de buitenste schuifdeur pas open gaat als de binnenste dicht is en vice versa. Op zich met logische (vertraagde) beweegredenen (tocht / warmte / energie etc.), maar de afstand tussen deze twee schuifdeuren lijkt wel de grootste in heel Nederland, waardoor de wachttijd soms net zo lang lijkt als bij het Hofplein in Rotterdam, wanneer je net het groene licht hebt gemist (en er allerlei trams blijven oversteken met voorrang). Van de figuurlijke andere kant bekeken, is geduld een schone zaak en wellicht is het juist goed dat voor het binnentreden van een woonzorgcentrum de bezoeker gedwongen wordt om te onthaasten.

Eenmaal aan de letterlijke andere kant van de schuifdeuren ligt een ovale ruimte met een receptiebalie en minimaal vijf doorgangen (vier exclusief de schuifdeur, welke net gepasseerd is). Achter de balie zat bij binnenkomst een mevrouw. Althans het had eerst ook een pop kunnen zijn, want er was geen beweging of geluid waar te nemen. Gewoontegetrouw werd doorgelopen naar de toegang tot het Atrium, maar we werden door behulpzame mensen (die niet werkzaam waren als personeel) naar een andere smallere gang verwezen. Dus nogmaals langs de receptie en nog steeds geen enkele signalen van leven waar te nemen. 

De schaakruimte bleek direct de eerste kamer links in die gang te zijn, welke ruimte normaliter als bibliotheek wordt gebruikt. U weet wel, met echte boeken met nog van die labels op de kaft met een pistool of een spook etc. om het genre aan te geven: heerlijk om tijdens de schaakpartijen langs te lopen en te bekijken. Na het uitwisselen van de opstellingen nog even naar het toilet, waardoor er weer twee maal (heen en weer ala Drs. P.) langs de receptiebalie moest worden gelopen om één van die andere vier doorgangen te bezoeken. Drie- en ook viermaal was geen scheepsrecht: geen boe of bah waar te nemen bij de receptie. Pas bij het koffie halen in het Atrium (jaja weer 2 maal langs de receptie) bleek er beweging te zijn. Een bewoonster van het complex had een gesprekje aangeknoopt met de receptioniste bleek op de heenweg naar de koffie. Op de terugweg bleek dit gesprekje toch meer een monoloog te zijn, waarbij de non-verbale communicatietalenten van de receptioniste ijzersterk bleken te zijn: de bewoonster haastte zich om te zeggen dat zij de receptioniste veel te lang van het werk hield en haar daarom maar met rust liet.

Robotten of een verbod om te lachen. Het is nog steeds niet duidelijk, maar ook het bedienende personeel bij het halen van de koffie hield zich aan dezelfde code als de receptioniste. Ondanks al in heel wat ((niet-)communistische) landen te zijn geweest, heb ik het nog nooit zo zout gegeten (denk aan de korreltjes). Zelfs in Noord-Korea leek men oprechter en minder gedresseerd en geregisseerd.

Ter Reede. Wellicht een ideale inspiratiebron voor weer een bestseller van Stephen King. Is het niet het personeel, dan wel het idee van Rose Red. Goed veel te veel afgedwaald: de wedstrijd. Het speeltempo van 60 minuten + ‘’30 per zet lijkt te zijn afgestemd op Vlissingen. Daarmee wil ik niets zeggen over de speelwijze en het gebruikte speeltempo van haar spelers, maar het betreft weer de locatie: bij te lang schaken zou het gastvrije personeel ons allemaal buiten zetten (echt waar!), dus was het verzoek vooraf om half acht te beginnen. Geen probleem, de zaterdag ervoor begonnen we een uur vroeger dan normaal, dus dat half uurtje deze maandagavond is dan ook geen probleem.

De wedstrijd dus! Er stond toch wel wat op het spel. Vlissingen had tot nu toe twee keer gelijk gespeeld en de rest gewonnen. Zouden zij van ons winnen, dan zouden ze op hetzelfde aantal wedstrijdpunten komen. Minimaal gelijk spelen, maar liefst ‘gewoon’ winnen was de insteek. Je kan natuurlijk enigszins goochelen met de opstelling (zover de glasheldere regels hieromtrent het toelaten). Om Rick van de Breevaart over zijn vormdip van dit kalenderjaar te helpen had de teamleider hem bewust op het eerste bord gezet. Soms heb je zo een idee dat een bepaalde speelstijl iemand wel of niet ligt. Nu klinkt dat als een cunning c.q. erg ingenieus plan, maar feitelijk zaten wij gewoon op ratingvolgorde. Vormdip of niet: met nog steeds de hoogste rating van het viertal is het eerste bord bezetten dan ook je beloning en plicht.

Sebastiaan Koedoot volbracht zijn plicht als teamleider door het goede voorbeeld te geven door op het tweede bord het eerste punt binnen te hengelen tegen de sympathieke Jan van Son. In een onregelmatige opening pende Koedoot met zijn loper op a5 het paard op d2 (koning op e1). Kort kort daarvoor was de andere loper al op a6 beland en nu had wit helemaal moeite om zijn stukken te ontwikkelen. De enige echte witte troef, de sterke loper op f4 werd terug gedwongen naar e3 via een paardensprong van  f6 naar d5. De paardmanoeuvre werd doorgezet via  c3 en d1 met schaak (en daarna x loper op e3), waardoor van Son gedwongen was om terug te nemen met zijn enige actieve toren, waardoor hij de open b-lijn kwijt was. Erger voor hem was nog dat dit ook zijn centrumpion op d4 (na toren d8) kostte en dat alsmede het verlies van het paard op d2 niet meer kon worden voorkomen. Door de gezellige lange nazit in het Atrium werden de overige partijen gemist (verzaakte plicht als teamleider, dan wel vertrouwen in je medespelers), maar volgens de overlevering gingen deze als volgt:

Bart Hertog trof aan het derde bord de jeugdige jongeheer Schot. Dit bleek Schot zijn eerste jaar te zijn op de vereniging en hij wist lang goed tegengas te bieden. Het niet (kunnen) rokeren met de zware stukken nog op het bord werd hem fataal. Hertog had geleerd van de zaterdag ervoor en ging dameruil uit de weg en wist zijn dame naar f5 te spelen, welke niet genomen kon worden door de zwarte pion op e6 doordat deze gepend (koning op e8) stond door het witte torenpaar op de e-lijn. Hertog hield controle over de zwarte velden en haalde beheerst het tweede bordpunt binnen.

Daarna was het aan Peter van de Breevaart om de overwinning veilig te stellen. Op het vierde bord leek hij zich bescheiden op te stellen in de aanvang van zijn partij tegen Jan Smits. Schijn bedriegt, want toen van de Breevaart eenmaal uit zijn schulp kwam, was het ook daadkrachtig en stelde hij de wedstrijdpunten voor Denk en Zet A veilig. Tenslotte was op het eerste bord de al genoemde van de Breevaart junior nog bezig tegen Michael Wise. Na het middenspel resteerde er een stelling met beide een toren, een vijftal pionnen en een paard voor van de Breevaart en een loper voor Wise. De Vlissinger probeerde zijn loper actief te maken, maar van de Breevaart hield de lijnen en stelling zoveel mogelijk dicht: met name f4 was een goede zet. Na eerst zelf remise te hebben aangeboden herinnerde van de Breevaart zich daarna vast zijn partij tegen Martin Krijger eerder dit seizoen. Toen namelijk iets later Wise remise wilde, sloeg van de Breevaart (net als Krijger destijds) dit af en wist zijn gelijk te bewijzen door een keurige overwinning te boeken. Dag vormdip en hallo clean sheet!

Nog voordat er lichten uitgedraaid werden dan wel dat het personeel zich hoefde te bedienen van andere intimiderende zaken was de wedstrijd gespeeld (en was de receptioniste inmiddels gevlogen). Inmiddels heeft Denk en Zet A zes ronden gespeeld en twaalf wedstrijdpunten. Drie maal gewonnen met de maximale score en eveneens drie maal gewonnen met 2,5 bordpunt. Met een afgesloten Vlaketunnel (what’s new) en daardoor op de terugweg een soort van letterlijk bruggetje op de N289 te zijn overgestoken, is nu ook het figuurlijke bruggetje naar de titel van dit stuk geslagen.