De uitzonderingen bevestigen de regel bij Zeeuws kampioenschap snelschaken voor teams
Geplaatst 29 oktober 2023
Zaterdag 28 oktober was een ‘historische’ sportdag...

Niet omdat Ferrari de front row pakte in de formule 1 kwalificatie in Mexico. Niet omdat Gian van Veen op het EK darts na Damon Hetta nu ook Gurney wist te verslaan. Ook niet omdat de Nederlandse cricketers Bangladesh op het WK verschalkten. Zelfs niet omdat Zuid Afrika met 12-11 de wereldtitel rugby pakte ten koste van Nieuw Zeeland (de all blacks miste in de laatste minuten een penalty kick). En natuurlijk wisten we al dat Harrie Lavreysen de patron is van het baanwielrennen.

En  hoewel het een fantastische passieve sportavond was ziet de betiteling ‘historisch’ meer toe op dat overdag 36 (9x4) schakers flink aan de bak mochten in het Zeeuws kampioenschap snelschaken voor teams. Het was immers heel veel jaren geleden dat er een (dergelijk) teamkampioenschap is gehouden. Het was dan ook goed om te zien dat bijna elke Zeeuwse vereniging een team van vier schakers had afgevaardigd. Gastgever De Zwarte Dame had als enige twee teams samengesteld: ruwweg de huidige generatie versus de toekomst (i know, anno 2023 een erg gedurfde uitspraak). In totaal deden er 9 teams mee, zodat iedereen 16 wedstrijden (7 minuten pp) speelde.

Als ‘veteranen’ werden wij in de eerste ronde keihard met de neus op de jeugdige feiten gedrukt. Op de gecarpoolde heenreis liet een niet nader benoemde persoon zijn ‘jeugdig’ elan aan zijn mede passagiers zien door hen kennis te laten maken met de hongerige en ‘plofjes’ instelling van zijn full non elektrische vervoersmiddel (welke overigens minder c02 uitstoot dan bijna al de wagens die die persoon ooit gereden heeft). Weinig elan en 'plofjes' van onze kant echter in deze eerste ronde... 3-1 op de broek tegen de jongvolwassenen van DZD 1. En ja, natuurlijk werd er een dame weg gegeven in ‘betere’ stelling, maar dat is gewoon hoe snelschaken is (zeker in een format zonder increment). Vaak herinneren we ons alleen de eigen onreglementaire zetten en/ of de eigen blunders, maar ondanks het ‘excuus’ van tijdsdruk… we (ik! 😉  ) doen/ doe het zelf.

Deze ronde was hoe dan ook een goede wake-up call. Vooraf in de auto hadden we onszelf ingeschaald als de nummer drie, waarbij HWP en Souburg als favorieten aangeduid. Goes gaven we ook een kans: Grochal scoort altijd wel en jeugdige spelers kunnen zonder increment altijd verrassend uit de hoek komen.

Na de eerste ronde ging het opeens lopen. Een paar keer 4-0. Een 3-1 tegen Terneuzen, welke ons inziens verrassend onvoorspelbaar uit de hoek kwam qua uitslagen (we wonnen met moeite 's ochtends met 3-1, 's middags relatief makkelijk met 4-0, waarbij Terneuzen 's ochtends 2-2 speelde tegen de latere kampioen Souburg). Wanneer er ingezet had kunnen worden op collectieve of individuele uitslagen dan was er vast nu onderzoek gepleegd door bepaalde instanties. Gewoon mooi hoe onvoorspelbaar het (snel) schaakspel kan gaan!

De laatste drie rondes voor de goed verzorgde lunch mochten we aantreden tegen de al genoemde afvaardigingen van Souburg, Het Witte Paard en Goes. De scores waren 1-3, 1-3 en 2-2. Soms liggen bepaalde tegenstanders je (in dit formaat) gewoon niet. Ikzelf was zowel in de ochtend als in de middag tegen deze drie partijen consistent: 0 tegen Souburg, 2 tegen Het Witte Paard en 0 tegen Goes (en desondanks/ daarom persoonlijk eindigend op 11 uit 16).

's Midddags ging het net iets beter en uiteindelijk hebben we gepresteerd volgens (de in de plofjes auto) inschatting vooraf. Een ronde voor het einde stond het al vast dat we als derde zouden eindigen. In theorie had Olaf van der Sloot nog een kans om de persoonlijke hoogste score te behalen op het tweede bord, maar uiteindelijk eindigde hij op een half bordpunt achter de twee gecombineerde winnaars. Ook Rick van de Breevaart speelde een voortreffelijk toernooi en kwam een half punt tekort om de beste speler te worden op het derde bord.

De persoonlijke scores (16 partijen):
Bord 1: Dig de Graaf - 6,5
Bord 2: Olaf van der Sloot - 11,5
Bord 3: Rick van de Breevaart - 13
Bord 4: Sebastiaan Koedoot – 11
 
En de titel van dit artikel?  Uiteindelijk hebben we allemaal de ELO die we verdienen, ondanks dat we soms structureel slechter scoren tegen een lagere gerate tegenstander dan wel beter scoren dan een hoger gerate tegenstander. Gespreid over de gehele teambreedte van vier personen lijkt professor ELO toch weer redelijk gelijk te hebben. En desondanks lijkt het mij goed dat we toch steeds blijven proberen met dit soort toernooien om meneer ELO een loer te draaien. Niet omdat dat misschien wishful thinking is, maar omdat dit soort fysieke toernooien stiekem toch best leuk is… (getypt door een persoon die al een kleine twee jaar amper OTB heeft geschaakt).