Crisis binnen ZSC?
Geplaatst 11 januari 2016
Niets aan de titel van dit stukje doet vermoeden dat onderstaande over het wel en wee van Denk en Zet A gaat. Na het 2-6 verlies van het combinatieteam Zie Scherpe Combinatie afgelopen zaterdag zou het eerder doen denken aan zelfreflectie, met hieruit volgende misschien zelfs wat vingerwijzigingen (op het bord welteverstaan) en een straftraining. Hoewel het geen straftraining was, voelde het toch wel op een bepaalde manier ‘belastend’ dan wel als ‘verraad’. Het was immers een beetje een rare gewaarwording deze maandagavond in Zierikzee.

Omdat Denk en Zet nu al voor het derde seizoen een combinatieteam vormt met Zierikzee in de zaterdagcompetitie bekijken de schakers elkaar onderling meestal als teamgenoten alsmede wordt de helft van de thuiswedstrijden in Zierikzee gespeeld, waardoor De Veste toch een beetje als ‘eigen’ bodem voelt. Toen de drie schakers van het vlaggenschip van Denk en Zet deze avond over de drempel binnenstapten en hartelijk werden onthaald door de schakers uit Zierikzee, voelde dit een beetje als thuiskomen. Om dan tegen je teamgenoten te moeten spelen op ‘thuis’ bodem: het hadden zomaar drie wedstrijden in de interne competitie kunnen zijn in plaats van een uitwedstrijd in de externe competitie van de avondcompetitie.

Maar goed, het was dus wel degelijk het laatste en aangezien broedertwist ook al sinds de oudheid een gewild thema in de literatuur is (ja ook in het al eerder vermelde Boek), moest het anno 2016 dan ook nu maar gebeuren op de borden. Voor de tweede bordspelers Rick van de Breevaart en Martin Krijger voelde het misschien wel het meeste als een straftraining. Beiden toch nog gedesillusioneerd over de partijen van afgelopen zaterdag (en voor van de Breevaart ook nog eens die van vrijdag) hadden zich voorgenomen om de zaken recht te zetten en te laten zien wat ze werkelijk waard zijn. Uiteindelijk kan er toch maar één winnen, dus dat beloofde een gevecht tussen de beide lotgenoten. Normaliter waar er twee vechten om het spreekwoordelijke been gaat er een derde mee heen, maar dat fenomeen is gelukkig nog niet mogelijk in een schaakpartij. Wel bestaat er natuurlijk de middenweg van de remise, welk pad Krijger met de witte stukken ook een kwartier voor het einde van de partij aanbood. Van de Breevaart stond zowel qua tijd als stelling iets beter, dus beet nog eens op zijn tanden en speelde verder. Toen ging er een andere schaakwijsheid meespelen: ‘remise afwijzen is problemen krijgen’. De partij en tijd kantelden en uiteindelijk was Krijger degene die een remiseaanbod afwees (onder het mom van ‘remise afwijzen is je eigen gelijk bewijzen’) en zijn partij van afgelopen zaterdag revancheerde.

Op dat moment betekende dat 1-2 in de broederstrijd. Een half uur daarvoor had Peter van de Breevaart op het derde bord Ben Snethorst verslagen. In een open partij offerde van de Breevaart een paard. Een kansrijk offer, gezien de niet gerokeerde zwarte koning, de gepende zwarte stukken en de open stelling. Kortom, een vergiftigd bord. Vergiftiging is echter geen nobele manier om je broeder uit te schakelen, dus werd er ook op dit bord met open vizier verder gestreden. Van de Breevaart senior voelde zich als vanouds een vis in het water met deze stelling en liet Snethorst niet glippen en behaalde zo het eerste bordpunt voor Denk en Zet deze avond.

Een tegenovergestelde stelling kwam op het vierde bord in de partij tussen Sebastiaan Koedoot en Peter de Vrieze. Op zet vier had wit al de vlam in de pan kunnen laten slaan, maar thuisanalyse met WFH leerde dat dat toch niet wijs was geweest voor de witte zijde: maar dan had zwart (Koedoot) die weerlegging toch nog maar even moeten vinden achter het bord. Maar goed, die vlam kwam er dus niet en de rest van de maaltijd werd heel langzaam opgewarmd in de pan. Veel voorzichtig gemanoeuvreer en aftastend schaak, die bijna deed denken aan figuurlijke broederliefde in plaats van broedertwist. Uiteindelijk wist Koedoot bij een grote ruil toch een pionnetje mee te snoepen.  In het eindspel dat volgde bezat Koedoot de open f-lijn en stonden zijn lopers actiever in de stelling van de Vrieze. Een fout (broederlijk gebaar?) kostte de Vrieze een loper en gelijk de partij. Anders was het punt binnenhalen toch nog een hele toer geworden voor de Denk en Zetter.

De broedertwist op drie borden dus beslist in het voordeel van Denk en Zet met het klein mogelijkste verschil. Wel een twist, maar dus zeker geen sprake van broedermoord. In het laatste geval zou er sprake geweest moeten zijn van 0-3 (of 3-0) in plaats van 1-2. Nu lijken de gevolgen van deze twist nog wel te repareren, waardoor over een aantal weken Zie Scherpe Combinatie er weer als één team, als ware wapenbroeders, zullen staan annex zitten.

Maar was er dan geen vierde bord? Was dat de reden dat in de epiloog van het laatste item over de beslommeringen van Zie Scherpe Combinatie artikel 25 van het ZSB reglement expliciet was opgenomen?  Niets van dit alles. Olaf van der Sloot (die inmiddels Radai en Radics kan toevoegen aan zijn mytische verzameling van namen van tegenstanders) had een week eerder al vooruit gespeeld op het eerste bord tegen teamcaptain Sjaak Spiegels. Van der Sloot wist toen (al!) het beslissende halfje te scoren. De laatste zin klinkt zoals een ets van Escher eruit ziet… Bijna net zo paradoxaal als het feit dat Denk en Zet A met 100% aan wedstrijdpunten nog steeds aan een achtervolgingsracebezig  is op het B-team van de Zwarte Dame. Of, om weer thuis te komen, net zo paradoxaal om op ‘eigen’ bodem tegen je eigen teamgenoten een externe wedstrijd te spelen.